Nog voordat de uitslag van het referendum in Landerd bekend is, heeft de gemeente Maashorst i.o. al een dorpsdichter aangesteld die er op zijn (m/v) beurt geen gras over laat groeien en nu reeds het eerste poëem in de openbaarheid brengt:
Tagarchief: gedicht
Een nieuwe lente, een oud geluid
Mei (1889), bijvoorbeeld, van Herman Gorter (1864 – 1927).
Ga daar maar even rustig voor zitten…
Moderne ballade
Frits en Kee Zij heette Kee. Hij schreef zich Frits. Zij zag wat scheel. Hij liep mank. Een englenpaar. Maar zij erg bits, En hij verschriklijk aan de drank. Zo woonden ze in een lekke schuit, Als twee marmotjes in hun hol. Geregeld schold zij hem de huid En dronk hij zich met bitter vol. De tijd vliegt snel, vooral wanneer De liefde 's levens zuur verzoet. Hun koopren bruiloft kwam dus, eer Het minnend paar het had vermoed. In zijn verrassing leegde hij Reeds 's morgens vroeg zijn tweede fles; En van weeromstuit raasde zij In ééns wel voor een week of zes. Doch ziet! - Terwijl de teedre bruid Haar eedle bruidegom en heer Nog streelde, zonk opeens de schuit Tot op de boom der stadsgracht neer. Het water stroomde 't roefje in En vulde in nog geen ommezien Frits' lege fles, zijn gemalin En ook hemzelve bovendien. Toen taald' hij naar geen drinken meer, En Keetje hield voorgoed de mond. Dat was voor de allereerste keer In hun gelukkig echtverbond.
Piet Paaltjes
De zoete wraak van onze dorpsdichter
Nog hangt het visionaire vers van Maarten aan de zijgevel van Rabobank Mondriaanplein. Daarin voorspelt hij het vertrek van de Rabobank uit Uden (immers, daar is geen haven) naar Veghel (waar wel een haven is).
Dit dichtwerk is tevens een waarschuwing aan ons Jong-Paarse college:
Bestuurders (én bankiers) doen er beter aan naar hun narren te luisteren dan ze op droog brood te zetten.